Nederlandstalige inleidingen op het werk van Lacan?
Ja die bestaan! Of liever: die bestonden. Veel van de onderstaande werken zijn helaas niet meer in herdruk te verkrijgen. Ten onrechte. Tweedehands of in bibliotheken is wel nog één en ander te vinden. Onderstaande werken zijn inleidingen waar we vooral zelf heel veel aan hebben gehad en waarvan we het plezier dat we er aan beleefden aan elke geïnteresseerde toewensen. De psychoanalyse mag dan wel een discipline zijn die evolueert, ze doet dat niet op dezelfde manier als de wetenschappen. De waarheid waar het in de psychoanalyse om draait is deze van het subject, wat er voor zorgt dat werken van dertig, veertig of nog meer jaar geleden nog steeds brandend actueel kunnen zijn. Zoals we het ganse werk van Freud en Lacan vandaag blijven lezen, blijven dus ook de onderstaande werken die toegang tot hun werk verschaffen ook zonder herdruk tot op vandaag het lezen waard.

Taal en verlangen. Lacans theorie van de psychoanalyse. Antoine Mooij, Boom: 1975
Dé klassieker waarmee het werk van Lacan in het Nederlands taalgebied werd geïntroduceerd. Nog steeds het lezen waard. Wie 'inleiding' zegt, begint best met het begin. En dit is precies wat dit boek doet: het geeft vooral zicht op wat men de 'vroege' Lacan noemt: deze van taal (langage) en verlangen (désir) waarzonder de verdere evoluties in zijn onderwijs eigenlijk onverstaanbaar blijven.
Dé klassieker waarmee het werk van Lacan in het Nederlands taalgebied werd geïntroduceerd. Nog steeds het lezen waard. Wie 'inleiding' zegt, begint best met het begin. En dit is precies wat dit boek doet: het geeft vooral zicht op wat men de 'vroege' Lacan noemt: deze van taal (langage) en verlangen (désir) waarzonder de verdere evoluties in zijn onderwijs eigenlijk onverstaanbaar blijven.

Klinische psychodiagnostiek vanuit de discourstheorie. Impasses en antwoorden.
Paul Verhaeghe, Idesça: 1992
Heel goed werk in deze eerste uitgave. Halverwege jaren 90 was dit verplichte literatuur voor de 2 de bachelor psychologie. Het vormde een didactisch tegengewicht voor de veel minder universitaire en dus iets moeilijker stijl van Quackelbeen (cfr infra). Een kritiek op de toenmalige DSM vormt de aanzet van het boek om uiteindelijk toe te lichten wat een structurele diagnostiek vanuit Lacans theorie zou kunnen inhouden, waarbij men 'en passant' grondig zicht krijgt op de noties van het verdeeld subject, het object a, het fantasma, aliënatie, separatie etc. Zeer boeiend en leerrijk. Dit werk dat net zoals het bovenstaande nog duidelijk geschreven werd onder, of voor het waakzaam oog van een promotor/leermeester bevat wel reeds de kiemen van wat Verhaeghe steeds verder zou doen afdrijven van de psychoanalyse daar waar hij het Freudiaanse onderscheid tussen de psychoneurose en de aktuaalneurose hoe langer hoe meer een normatieve / ontwikkelingspsychologische invulling begon te geven. Dit proces van verwijdering werd via de tussenstap van een tweede druk (paarse kaft) uiteindelijk definitief voltrokken in het zeer incoherente werk 'Over normaliteit en andere afwijkingen' uit 2002 wat in wezen een sterk uitgebreide maar ook opgekuiste versie was van het boek dat we hier aanraden. Daarin vond Verhaeghe het ondanks zijn kritiek niet langer problematisch om DSM labels niettemin diagnostisch te hanteren of consequent over actuaalpathologie te spreken waarmee bijgevolg niets meer overeind bleef van wat zich ooit als een psychoanalytisch diagnostiek aankondigde; een tendens die in zijn later werk helaas alleen maar sterker werd,
Paul Verhaeghe, Idesça: 1992
Heel goed werk in deze eerste uitgave. Halverwege jaren 90 was dit verplichte literatuur voor de 2 de bachelor psychologie. Het vormde een didactisch tegengewicht voor de veel minder universitaire en dus iets moeilijker stijl van Quackelbeen (cfr infra). Een kritiek op de toenmalige DSM vormt de aanzet van het boek om uiteindelijk toe te lichten wat een structurele diagnostiek vanuit Lacans theorie zou kunnen inhouden, waarbij men 'en passant' grondig zicht krijgt op de noties van het verdeeld subject, het object a, het fantasma, aliënatie, separatie etc. Zeer boeiend en leerrijk. Dit werk dat net zoals het bovenstaande nog duidelijk geschreven werd onder, of voor het waakzaam oog van een promotor/leermeester bevat wel reeds de kiemen van wat Verhaeghe steeds verder zou doen afdrijven van de psychoanalyse daar waar hij het Freudiaanse onderscheid tussen de psychoneurose en de aktuaalneurose hoe langer hoe meer een normatieve / ontwikkelingspsychologische invulling begon te geven. Dit proces van verwijdering werd via de tussenstap van een tweede druk (paarse kaft) uiteindelijk definitief voltrokken in het zeer incoherente werk 'Over normaliteit en andere afwijkingen' uit 2002 wat in wezen een sterk uitgebreide maar ook opgekuiste versie was van het boek dat we hier aanraden. Daarin vond Verhaeghe het ondanks zijn kritiek niet langer problematisch om DSM labels niettemin diagnostisch te hanteren of consequent over actuaalpathologie te spreken waarmee bijgevolg niets meer overeind bleef van wat zich ooit als een psychoanalytisch diagnostiek aankondigde; een tendens die in zijn later werk helaas alleen maar sterker werd,

Over de subjectwording. Een aantal representaties uit het onderwijs van Lacan.
Mark Adriaensen, Idesça: 1992
Neerslag van een lectuur van de werken van Lacan tussen 1957 en 1967, met als rode draad de verschillende grafische voorstellingen uit Lacans onderwijs (de dubbele spiegelopstelling, de graf, de moeubius-band, etc.). Het interessante aan dit werk is dat het, zoals een lectuur betaamt, zeer dicht bij de teksten (Ecrits en seminaries) van Lacan zelf blijft. Niet gemakkelijk, maar ideaal om de overstap te maken van het lezen van een inleidend werk op Lacan naar het lezen van het werk van Lacan zelf. Was halverwege de jaren 90 verplichte literatuur voor de studenten psychoanalyse aan de Ugent. Er werd gevraagd om dit in cartel te lezen. Super interessante tijden!
Mark Adriaensen, Idesça: 1992
Neerslag van een lectuur van de werken van Lacan tussen 1957 en 1967, met als rode draad de verschillende grafische voorstellingen uit Lacans onderwijs (de dubbele spiegelopstelling, de graf, de moeubius-band, etc.). Het interessante aan dit werk is dat het, zoals een lectuur betaamt, zeer dicht bij de teksten (Ecrits en seminaries) van Lacan zelf blijft. Niet gemakkelijk, maar ideaal om de overstap te maken van het lezen van een inleidend werk op Lacan naar het lezen van het werk van Lacan zelf. Was halverwege de jaren 90 verplichte literatuur voor de studenten psychoanalyse aan de Ugent. Er werd gevraagd om dit in cartel te lezen. Super interessante tijden!

Tegen de aanpassing. Jacques Lacans 'ondermijning' van het subject. Philippe Van Haute, Sun: 2000
Gedetailleerde analyse en commentaar op Lacans beroemde tekst "Subversion du sujet et dialectique du désir" met daarin de stapsgewijze opbouw van zijn "graf van het verlangen".
Door de wijze van aanpak perfect te lezen als inleiding, eventueel met de tekst van Lacan erbij. We vermelden het in deze lijst in het bijzonder als tegengif voor elke student die de laatste jaren aan de Ugent het hemeltergend werk 'Lacan's logic of subjectivity' moest lezen waarin zoals de ondertitel aangeeft letterlijk een loopje wordt genomen met alles waar die graf van Lacan voor staat. Wanneer je het boek van Van Haute leest, weet je waarom dat zo is.
Gedetailleerde analyse en commentaar op Lacans beroemde tekst "Subversion du sujet et dialectique du désir" met daarin de stapsgewijze opbouw van zijn "graf van het verlangen".
Door de wijze van aanpak perfect te lezen als inleiding, eventueel met de tekst van Lacan erbij. We vermelden het in deze lijst in het bijzonder als tegengif voor elke student die de laatste jaren aan de Ugent het hemeltergend werk 'Lacan's logic of subjectivity' moest lezen waarin zoals de ondertitel aangeeft letterlijk een loopje wordt genomen met alles waar die graf van Lacan voor staat. Wanneer je het boek van Van Haute leest, weet je waarom dat zo is.